- Voor de maand maart geldt weer een nieuw verbruiksquotum onder het prijsplafond voor energie.
- Dat ligt voor gas bijna een kwart lager dan in februari.
- Het blijft dus van belang om je energieverbruik te monitoren om te kunnen profiteren van de maximale prijzen voor gas en stroom onder het prijsplafond.
- Lees ook: Ligt je verbruik van gas en stroom boven de volumegrens van het prijsplafond? Zo rekenen energieleveranciers dat af
De maand maart biedt een nieuwe uitdaging om je verbruik van gas en stroom in de hand te houden. Onder het prijsplafond voor energie betalen huishoudens maximaal 1,45 euro per kuub gas en 0,40 euro per kWh stroom. Dit geldt tot een jaarverbruik van 1.200 kuub gas en 2.900 kWh stroom. Maar dat verbruik wordt op maandbasis bijgehouden.
Als een huishouden met het energieverbruik boven de volumelimieten uitkomt, gaat de marktprijs van de energieleverancier gelden. Door de daling van groothandelsprijzen in de afgelopen maanden stellen energieleveranciers hun variabele tarieven weliswaar bij, maar in veel gevallen liggen de prijzen deze maand nog boven de maximumtarieven van het prijsplafond.
Het moment waarop de jaarafrekening van de energienota wordt vastgesteld is bij dit alles van groot belang. Dat moment verschilt per klant en hangt doorgaans samen met de datum waarop je bij een energieleverancier klant bent geworden.
Bij de volumegrenzen van het prijsplafond wordt niet gekeken naar het kalenderjaar 2023, waarbij aan het eind van het jaar de balans wordt opgemaakt. In plaats daarvan heeft de overheid voor elke dag van het jaar een gestandaardiseerd dagverbruik vastgesteld.
Voor de volumelimiet van het prijsplafond wordt gekeken naar de optelsom van alle standaarddagen tot de datum van de jaarafrekening. Vervolgens vergelijkt je energieleverancier dit met het feitelijke verbruik. Zit je met het feitelijke verbruik boven het standaardniveau tot het moment van de jaarafrekening, dan betaal je over het extra volume de marktprijs van je energieleverancier.
Voor de periode ná de jaarafrekening tot het eind van het jaar heb je een standaard restbudget voor het energieverbruik dat wordt vergeleken met je feitelijke verbruik.
Verbruik gas en stroom in maart 2023
Hieronder geven we in de tabel eerst het gestandaardiseerde verbruik van gas en stroom onder het prijsplafond op maandbasis.
Te zien is dat je in maart 2023 geacht wordt maximaal 159 kuub gas te verbruiken en 267 kWh stroom. Dit is minder dan in februari. En als je rekening houdt met het aantal dagen van de maand scheelt het behoorlijk.
Zo komt 159 kuub gas verdeeld over 31 dagen in maart uit op gemiddeld 5,1 kuub per dag. Neem je 188 kuub over een periode van 28 dagen, dan komt dat voor februari neer op gemiddeld 6,7 kuub per dag. Je wordt dus geacht bijna 24 procent minder gas te verbruiken op dagbasis in maart, vergeleken met de afgelopen maand.
Die inschatting is gebaseerd op seizoenspatronen, waarbij maart doorgaans minder koud is dan februari, maar het moet uiteraard nog blijken of dat dit jaar ook zo is.
Als je het maandverbruik over februari van je energieleverancier doorkrijgt, kun je dus gelijk checken hoeveel je in januari en februari hebt verbruikt, vergeleken met het totaal van de volumequota in die maanden. Voor gas tellen de maandquote van januari en februari op tot 409 kuub en voor stroom tot 619 kWh. Dat kun je afzetten tegen je feitelijke verbruik in de eerste twee maanden van dit jaar.
Als je vervolgens de maandquota voor maart erbij neemt, weet je ook hoeveel speelruimte je hebt in maart om binnen de verbruiksgrenzen van het prijsplafond te blijven.
Als de energieleverancier je jaarafrekening bijvoorbeeld op 1 april 2023 opmaakt voor de periode tot en met maart, wordt eerst gekeken of je in de eerste drie maanden van het jaar meer of minder dan 568 kuub gas en 887 kWh stroom hebt gebruikt. Dus de som van de maanden januari, februari en maart. Zit je daar onder, dan betaal je maximaal de prijzen van het prijsplafond.
Voor het verbruik boven de totale volumelimiet van januari, februari en maart betaal je sowieso de marktprijs van je energieleverancier, als de jaarafrekening van je energienota per 1 april wordt opgemaakt.
Vervolgens geldt dat het restvolume dat onder het prijsplafond valt, bepaald wordt door het standaardverbruik vanaf april tot en met december. Dat is dus de optelsom van de in de tabel hierboven genoemde maandquota voor die maanden.
Je kunt ook op dagbasis volgen wat je volgens de normen van het prijsplafond zou mogen verbruiken aan gas en stroom. Dat ziet er voor maart zo uit.
In de bovenstaande tabel is te zien dat je op 3 maart geacht wordt maximaal 6,4 kuub gas te verbruiken en 9 kWh stroom.
Uit een peiling van energieleveranciers Zonneplan blijkt overigens dat het voor veel huishoudens nog een flinke opgave wordt om onder de volumegrenzen van het prijsplafond te blijven. Vier op de tien Nederlandse huishoudens verwacht boven het verbruiksplafond uit te komen dit jaar. Vooral het gasverbruik vormt hierbij een flinke uitdaging.